Lexicon

100% veloursleer.

Veloursleer is een ruw, geschuurd leer. Het heeft een vrij langvezelig oppervlak en wordt ook met suède aangeduid.

Dit Italiaanse profiel is een van de bekendste loopzolen onder de Europese trekkingschoenen. De zeer slijtvaste en gripvaste loopzool wordt afhankelijk van de schoenspecificatie met dempende of stabiliserende elementen gecombineerd.

Viscose is de „natuurlijkste“ van alle chemische vezels. Het wordt gewonnen uit geregenereerde cellulose (basismateriaal beuken- of sparrenhout of niet verspinbare katoen) en verwerkt tot lichte, soepele stoffen. De cellulose wordt tot spinvloeistof opgelost en verandert na het stollen weer in pure cellulose zonder chemische veranderingen. Afhankelijk van glans, fijnheid en kroezing kan aan de viscose een „zijde“-, „katoen-„ of „wol-uiterlijk“ worden gegeven. Viscose is sterker absorberend dan katoen, maar in natte toestand niet zeer scheur- en slijtvast.

Kleding van viscose kan meestal op 30°C in een fijnwasprogramma worden gewassen. Alleen heel licht of helemaal niet centrifugeren en nat ophangen. Let echter altijd op de verzorgingsinstructies in het kledingstuk zelf.

De perfecte pasvorm en het gebruik van innovatieve materialen zijn kenmerkend voor deze modellen. De nieuw ontwikkelde loopzool is door de zeer brede en ruime leest uiterst comfortabel.

Voetbreedte 10 cm: mogelijke vervorming bij bredere voeten
Voetbreedte 12 cm: natuurlijke stand van detenen bij bredere voeten